Schoon spul

Sony DVP-NS930VEen trapje hoger komen we in de middenklasse terecht. Dat betekent meestal een prijs van boven de 500 euro en in dat gebied zit dus ook deze DVP-NS930V. Het toestel is heeft dezelfde afmetingen dan de 705V, maar biedt ondanks een andere voorplaat exact dezelfde bedieningsknoppen en de afstandsbedieningen lijken ook als twee druppels water op elkaar. Er is één knop verschillend, maar dat is een functie voor tv en dus niet eens voor de speler zelf. Ook inzake functionaliteit blijkt de 930V grotendeels vergelijkbaar met de 705V: het enige verschil is dat de 930V wel een ingebouwde DTS-decoder heeft en de 705V niet. De 930V kost echter meer dan het dubbel van de 705V. Is hij dat waard?

Eerste indrukken
Een eerste verschil zit in de bouwkwaliteit. De 930V is zwaarder, en de in het toestel verwerkte elektronica is ook van kwalitatief hoogstaandere onderdelen gemaakt. Helaas is de schijflade ook hier niet erg stevig. Het eerste belangrijke verschil met de 705V zie je aan de achterkant. De 930V heeft een tweede SCART-aansluiting voor het doorlussen van andere videotoestellen, een composietvideo-aansluiting en ondersteuning voor ‘progressive scan’ (bedoeld voor grote beeldschermen en projectiesystemen om de hinderlijke bijwerkingen van interliniëring van het beeld zoals we dat van gewone tv’s gewend zijn te elimineren). Die progressieve aftasting werkt alleen maar via de composietvideo-aansluiting volgens Sony, maar toen we het uitprobeerden ging het ook via de SCART-RGB- en de componentvideo-aansluitingen. In het spelermenu troffen we maar één belangrijk verschil aan:de 930V heeft wel een balansregeling voor links/rechts voor de luidsprekerparen vooraan en achteraan. Maar net zoals de 705V ontbeert hij een subwoofercrossoverregeling en een zoom-functie.

Testindrukken
Het beeld van de 705V was al prachtig, en de 930V levert ook een prachtig beeld. Op onze televisie (een 71 cm 4:3-toestel van Panasonic) zagen we geen verschil, maar vermoedelijk zie je dat wel op een wat groter – en duurder – scherm. De geluidskwaliteit is echter een ander paar mouwen. Hier laat de 930V duidelijk merken dat hij zijn hogere prijs niet zomaar gekregen heeft. Op onze testinstallatie levert de 930V het beste geluid dat we tot dusver ooit gehoord hebben. Het afspelen van cd’s via de analoge uitgang is duidelijk beter dan als dat via de digitale aansluiting gaat (en de DAC in de receiver dus de omzetting van digitaal naar analoog moet doen). Een eigenaardigheidje is hier wel dat de luidsprekerinstellingen voor tweekanaalsweergave alleen gelden voor Super Audio cd, niet voor gewone cd’s indien weergegeven via de zeskanaalsaansluiting. Als je een subwoofer wil gebruiken bij gewone cd’s, zul je dus de stereouitgang moeten kiezen omdat je dan de luidsprekerinstellingen van je versterker of receiver kunt toepassen. Dat is een beetje hinderlijk, omdat je daardoor gedwongen bent maar liefst acht analoge cinchkabels (of vier stereoparen) aan te sluiten. Een beetje veel van het goede, wat ons betreft. De weergave van Super Audio cd’s is voortreffelijk. Hier hoor je in stereo wel degelijk het verschil met een gewone cd, maar verwacht geen wereldschokkend verschil: je hoort iets meer detail in de muziek, een grotere ruimtelijkheid met meer ‘lucht’ rondom de instrumenten, maar je moet al een muzikale fijnproever zijn om deze verschillen naar waarde te schatten. Voor de eerder genoemde Jan Publiek zal een en ander te subtiel zijn om de meerprijs te verantwoorden. Als we naar meerkanaalsweergave gaan, horen we stukken die zo mooi zijn dat ons de tranen in de ogen schieten. Let wel: hier hangt heel veel af van de kwaliteit van de opname op de Super Audio cd. We hebben al een paar exemplaren gehoord waar de surroundweergave puur effectenjagerij was en die in feite de muziek zozeer om zeep hielpen, dat we de voorkeur gaven aan de stereoweergave. Zelfs als gewone cd-speler doet deze Sony DVP-NS930V het echter beter dan menig ‘audiofiele’ cd-speler die meer dan drie keer zo duur is.