Vernieuwing kan zowel een goede als een slechte zaak zijn. In de Need for Speed-franchise vind je dan ook toppers én flops. Met Need for Speed: Shift slaat men opnieuw een andere weg in. Geen achtervolgingen, geen flikken af te schudden, geen streetraces tussen het gewone dagelijkse verkeer en geen flauw verhaal met opgeblazen personages. In plaats daarvan concentreert EA zich volledig op het racen zelf.
De laatste tijd kreeg de reeks nogal wat kritiek en dus vond men dat er iets moest veranderen. Slightly Mad Studios – makers van de pc-racer GTR – kreeg de uitnodiging de nieuwe Need for Speed te ontwikkelen. Tijd om even met de grove borstel door het concept te gaan dus. De flauwe verhaallijnen, melige tussenfilmpjes, stoere politiemannen en alles dat daarbij kwam kijken sneuvelden. Wat je wel krijgt, is een racer die de ambitie heeft het echte gevoel te simuleren, verpakt in strakke en moderne menu’s.
Je eigen rijstijl
Dat verschil merk je van bij het prille begin. Hier zal je geen personage moeten creëren of wat dan ook. Je rijdt gewoon een rondje om te zien hoeveel ervaring je hebt met racers en welke instellingen voor jou het beste zijn. Ga je niet akkoord, dan kan je natuurlijk wijzigen zoveel je wil. Denk daarbij aan de moeilijkheidsgraad, hulp bij remmen, het in- of uitschakelen van ABS, tractiecontrole, stabiliteitscontrole,… Ben je dus een groentje, dan zet je de ondersteuningen aan, ben je een pro dan zet je alles uit.
Je start in Tier 1 en meteen begin je je eigen rijstijl te creëren. Precisierijder of agressieveling, de keuze ligt bij jou en met allebei verdien je punten. Tot de eerste categorie behoren zaken als foutloos inhalen, een bocht perfect beheersen of mooi de aangegeven racelijn volgen. Wat agressief inhoudt, hoeft je waarschijnlijk niet uitgelegd te worden: tegenstanders rammen, ze doen spinnen, driften,… Door het ene racemanoeuvre na het andere uit te
