Verhaal van benzine en diesel

0
20

Google heeft gelijk: Windows dateert van voor het internettijdperk en dat vraagt om een alternatief. Microsoft heeft ook gelijk met Bing: zelfs zoekmotoren kunnen beter. Worden we er met zijn allen beter van?

De twee reuzen chargeren op mekaars terrein. Microsoft wil Google Search de duvel aandoen met Bing. En Google betreedt met Chrome OS het terrein van de besturingssystemen.

Bing is nog lang niet door iedereen opgemerkt. Het zegt wat over de tanende aantrekkingskracht van Microsoft dat zijn nieuwe zoekmachine nu al een aantal weken operationeel en gelanceerd is, en dat het geen hype is geworden. En toch: Bing haalt zeer goede kritieken. In verschillende vergelijkende test komt de zoekrobot van Microsoft er zeker zo goed tot beter uit dan Google. Relevantie en snelheid is the name of the game, en daarin lijkt Bing niet te moeten onderdoen.

Microsoft is dé computergigant geworden in de jaren tachtig en negentig, en heeft in de sector van de personal computers ongeveer een monopolie in de wereld. Meer dan negentig procent van alle kleine computers draait met een Windows-besturingssysteem van Microsoft. De reus uit Redmond heeft er zeer veel kritiek bij gekregen, en boetes van vooral de Europese antitrustautoriteit.

Dat overschot aan macht is er natuurlijk gekomen omdat het bedrijf de software maakte die de markt nodig had. En ja, door zijn monopolie in de besturingssystemen kan het bedrijf gemakkelijk zijn toepassingssoftware slijten. We spreken niet meer over een rekenblad of een presentatie, maar over excel en powerpoint, merken die bijna generieke namen geworden zijn. En zelfs als we OpenOffice of een andere office-suite hebben geïnstalleerd (om het monopolie een hak te zetten of gewoon om goedkoper uit te komen), dan nog gebruiken we de merknamen van Microsoft in gesprekken en mails.

Microsoft heeft Google niet zien aankomen, niemand eigenlijk. Google heeft zijn monopolie uitgebouwd op twee pijlers: een uitstekende zoekmachine die precies op tijd aan een precieze behoefte beantwoordde, en inkomsten uit kleine advertenties van honderdduizenden bedrijven, waarbij relevantie net zoals in de zoekresultaten het geslaagde streven was.

Google heeft fortuinen op de beurs opgehaald en met dat geld systematisch zeer gebruiksvriendelijk en wereldwijd schaalbare toepassingen opgezet, die bijna elk apart een hype werden.

En dan ging Google Microsoft aanvallen. Eerst in de toepassingssoftware, Google Docs, niet in softwaredozen maar alles op het net. En nu met het besturingssysteem Chrome OS. Het hing al meer dan een jaar in de lucht, en allicht heeft het gebrek aan ambitie van Microsoft in besturingssystemen voor smartphones, mini-laptops en andere mobiele internettoestellen Google aangespoord in dat gat te springen.

Google zal zijn lijn blijven volgen: open software en wereldwijd schaalbaar. En daar schuilt het grootste gevaar voor Microsoft, dat, weliswaar veel opener dan het gesloten en dus kleine Apple, zijn broncode toch altijd goed afgesloten en specifiek gehouden heeft. Door op Linux-varianten te mikken trekt Google de kaart van de sympathieke.

Maar ook technologisch heeft het bedrijf gelijk: Windows is ontstaan eind jaren tachtig, en sedertdien is er altijd op verdergebouwd, eigenlijk op een IT-basis van lang voor het internet, toen pc’s nog alleenstaande toestellen waren.

Als Google, zoals het aankondigt, die basis echt helemaal herdenkt en vanuit het net en de netbehoeften van mensen vertrekt, dan kunnen we hier wel eens een winner hebben. Worden we er beter van? Concurrentie is goed voor ons allemaal, het houdt het aanbod levendig. Maar meerdere soorten motoren die toestellen aandrijven, kan ook zijn nadelen hebben. Als er genoeg ‘brandstof’ aanwezig is, hoeft dat geen probleem te zijn. Benzine- en dieselmotoren zijn niet compatibel, maar elk tankstation heeft de twee in huis. Zowel Microsoft als Google hebben het wereldformaat om ons nog lang van brandstof te voorzien.

Ik denk dat we er beter van gaan worden.

Toon Lowette is mede-oprichter van 6minutes. Hij is voormalig Knack-journalist en sinds 1982 actief in elektronisch uitgeven, eerst bij krantengroep De Standaard, daarna als onafhankelijk consultant. In 1999 lag hij mee aan de basis van de e-mailnieuwsbrievenuitgeverij 6minutes.

Vorig artikelPen en papier overbodig dankzij digitale notetakers
Volgend artikelKijk mama, zonder toetsen!