De onvermoede gevaren van draadloze netwerken

0
57

Draadloze netwerken volgens de Wi-Fi-standaard worden zowel bij particulieren als bedrijven steeds populairder. Installatie en gebruik zijn erg eenvoudig. Maar onbeveiligde draadloze netwerken zijn gevaarlijk. Gebruikers zijn er zich vaak niet van bewust dat ze al hun computergegevens draadloos te grabbel gooien. Over het mogelijke misbruik door misdadigers, pedofielen en terroristen spreken we dan nog niet
netwerken
Wereldwijd brengen zogenaamde wardrivers met gespecialiseerde apparatuur Access Points (AP’s) van draadloze Wi-Fi-netwerken in kaart. Ook in België wordt deze nieuwe hobby beoefend. Volgens gegevens op hun website identificeerden de Belgische wardrivers al bijna driehonderdduizend (vooral Vlaamse) AP’s. Slechts vijfenveertig procent van die AP’s was beveiligd. Anders gezegd zijn er in Vlaanderen dus tienduizenden onbeveiligde draadloze netwerken. Het werkelijke cijfer ligt vermoedelijk hoger, want de wardrivers hebben nog lang niet alles in kaart gebracht. Wereldwijd is het beeld vrijwel hetzelfde. In de database van de Wireless Geographic Logging Engine (wigle) zijn nu bijna vijf miljoen AP’s uit de hele wereld opgenomen. Meer dan vijftig procent daarvan is onbeveiligd.
Dit zijn verontrustende statistieken, want onbeveiligde draadloze netwerken herbergen grote gevaren. Een onbeveiligd Wi-Fi Access Point is als een deur die dag en nacht openstaat en waar inbrekers bovendien onzichtbaar en zonder sporen na te laten binnen en buiten kunnen gaan.

Wardrivers
De wardrivers zijn naar eigen zeggen geen hackers. Ze brengen alleen maar in kaart en breken nooit in op andermans computer. Een deel van hun opzet is precies om de gebruikers bewuster te maken van de grote gevaren van onbeveiligde draadloze netwerken. De gegevens die de wardrives verzamelen, kan iedereen echter vrij raadplegen op het internet. Niet iedereen doet dat met even goede bedoelingen. Bovendien beschikken potentiële inbrekers over dezelfde technische uitrusting als de wardrivers en kunnen ze dus ook op eigen houtje onbeveiligde draadloze netwerken opsporen en misbruiken.
Inbreken op andermans computer, draadloos of op een andere manier, is in België zoals in de meeste landen overigens een misdrijf, waarop straffen staan van zes maanden tot drie jaar cel, eventueel gecombineerd met een forse geldboete. Te vrezen valt dat echte misdadigers zich hierdoor niet laten afschrikken, vooral niet omdat het erg eenvoudig is om alle sporen van een draadloze inbraak uit te wissen.

Drie soorten gevaren
Open draadloze netwerken houden drie soorten gevaren in. Het minste gevaar is dat buren en voorbijgangers op kosten van de eigenaar op het internet beginnen te surfen. Dat leidt eerder tot ongemakken, zoals een verminderde surfsnelheid of het snel bereiken van de downloadlimiet die de meeste internetaanbieders hun gebruikers opleggen. Gevaarlijker wordt het wanneer een inbreker begint rond te neuzen op het computernetwerk van de eigenaar. Het misbruik kan dan gaan van virtueel gluren tot het stelen van andermans identiteit om bijvoorbeeld op diens kosten aankopen te doen of geld te stelen via internetbankieren.
Het derde en grootste gevaar is dat het netwerk van de eigenaar wordt misbruikt voor zware misdrijven, gaande van het massaal rondsturen van spam en kinderporno tot het inbreken op computernetwerken van banken, ondernemingen of overheidsinstellingen. Ook misbruik door terroristen die op zoek zijn naar vertrouwelijke gegevens over hun volgende doelwit zijn daarbij niet uitgesloten. De sporen van dergelijk misbruik voeren onvermijdelijk terug naar de eigenaar van het onbeveiligde netwerk, want de internetproverders zijn wettelijk verplicht die gegevens maandenlang bij te houden. De eigenlijke misdadiger kan erg eenvoudig alle sporen van zijn inbraak uitwissen. De eigenaar zal daarom de grootste moeite ondervinden om aan de autoriteiten uit te leggen dat een onbekende de dader was van het cybermisdrijf dat met zijn internetverbinding werd gepleegd.

Onbewust misbruik
Het eerste soort misbruik – op andermans kosten internetten – hoeft overigens niet bewust te gebeuren. Draadloze netwerken configureren zichzelf en een draadloze computer verbindt automatisch met het sterkste Wi-Fi-signaal in de omgeving, tenzij dit expliciet anders is ingesteld door de gebruiker. Vooral in appartementsgebouwen of dichtbebouwde woonwijken is het schering en inslag dat buren (vaak zonder het te weten) op elkanders draadloze netwerken surfen.
Voor de twee andere soorten misbruiken – het stelen van gegevens of het misbruiken van internetverbindingen voor misdrijven – is overigens weinig technische kennis vereist. De nodige hard- en software om draadloze netwerken en de computers die ermee verbonden zijn op te sporen is vrij te koop op het internet en werkt volautomatisch. Er bestaan zelfs draadloze hackerprogramma’s die volledig gratis kunnen worden gedownload. Een inbreker kan met een auto tot in de buurt van het onbeveiligde netwerk rijden en dan via zijn notebook een inbraak plegen. Het zou natuurlijk opvallen wanneer er iemand met een notebook voor uw deur geparkeerd staat. De echte professionals gebruiken speciale antennes en boosters om op grotere afstand en zonder op te vallen in te breken. Ook hoeft het misbruik niet noodzakelijk met een relatief grote en dus goed zichtbare notebook te gebeuren. Het kan ook met een gemakkelijk te verbergen pda of gsm, want die hebben vandaag ook vaak Wi-Fi aan boord.

1
2
3
Vorig artikelSta je mannetje in de ring
Volgend artikelVideo en muziek op een draagbare speler met flashgeheugen
Jozef Schildermans
Jozef Schildermans is journalist en schrijver. Zijn recentste roman is De reis van de hofarts (samen met Ludo Schildermans) onder de auteursnaam L.J. Schildermans gepubliceerd bij Uitgeverij Houtekiet.