Papier is alles

4
27

Als er iets is dat iedere computergebruiker dikwijls doet, is het wel printen. Maar doen we dat eigenlijk wel efficiënt? En hoeveel kost dat nu echt per pagina?
printers
Om te printen heb je natuurlijk een printer nodig. Een inkjet of inktspuiter, of een laserprinter. Welke van de twee je kiest, hangt af van je behoeften. Kies een inktspuiter als je weinig moet afdrukken of als kleur belangrijk voor je is. Een laserprinter kan grotere aantallen aan, maar is over het algemeen duurder. Bovendien kun je gewoonlijk alleen maar in zwart/wit drukken. Er bestaan wel kleurenlaserprinters, maar die zijn een flink stuk duurder. We praten dan over bedragen van minstens vijftienhonderd euro en vaak over de 2.500 euro. Naast de printer heb je ook nog de zogenaamde ‘printer consumables’ (letterlijk: printerverbruiksartikelen): inkt en papier en zo. Bij inktspuiters zit de inkt in inktcassettes of ‘cartridges’, bij laserprinters moet je een ’toner’ hebben en vaak moet je van tijd tot tijd ook nog andere onderdelen vervangen zoals de ‘drum’ en eventueel riemen of viltstrips. Bij sommige laserprinters zit alles in een en hoef je maar één onderdeel te vervangen, een soort van toner-en-drum-combinatie. Bij andere zijn het meerdere onderdelen, maar hoeven ze niet tegelijk vervangen te worden. Je zult de documentatie van de bewuste laserprinter moeten raadplegen om te weten wat er allemaal vervangen moet worden en hoe vaak.

Inkt
Op het internet kun je zowat alles vinden en dus ook verkooppunten voor inktcassettes allerhande. Alles wat je nodig hebt is een creditcard en je kunt vlot inktcassettes van merk X voor printermerk Y bestellen en naar je toe laten sturen. Bij ACSI Bulk Inks (alle links openen een nieuw venster) vind je alle mogelijke informatie over het zelf bijvullen van inktcassettes. De firma in kwestie verkoopt flessen met inkt en speciale naalden om de cassettes bij te vullen. Er staan duidelijke instructies voor zowat alle merken en types van inktstraalprinters over hoe je hun inktcassettes precies moet bijvullen. Je moet er wel nogal wat geduld voor over hebben, want het is niet bepaald gemakkelijk. De juiste materialen zijn een noodzaak, want soms moet je stukken harde plastic afbreken en dan een naald in een nauwe opening duwen totdat hij een in de cassette ingebouwd sponsje raakt. Het eigenlijke vulproces kan ook al een werkje van geduld zijn, want door een naald gaat nu eenmaal geen grote hoeveelheid vloeistof. Te haastig zijn resulteert dan ook in het overlopen van inkt en veel smurrie om op te kuisen. We raden dit dan ook alleen maar aan voor zéér geduldige mensen. Volg de instructies nauwkeurig, want als er inkt binnen de printer uitloopt is de ellende niet te overzien.

Recyclage
Als je niet zelf aan de slag wil met het navullen van je inkt- en tonercassettes, kun je een beroep doen op gerecycleerde elementen. Die kun je ook weer op internet vinden. Er bestaan uiteraard ook alternatieve inkten. Xerox maakt al een tijdje inktpatronen voor printer en fax die compatibel zijn met apparatuur van andere fabrikanten zoals Hewlett-Packard en Canon. Dat blijkt vooral in de VS succes te hebben, want volgens de producent schakelt meer dan negentig procent van de gebruikers over op de Xerox-inktpatronen. Omwille van dit succes zal Xerox het assortiment compatibele inktpatronen in de loop van 2001 verder uitbreiden. De prijs van de Xerox-inktpatronen ligt gemiddeld zo’n 15% tot 20% lager dan de respectieve originelen. Ook Lexmark biedt trouwens dergelijke alternatieve inkten voor HP en Canon aan. Overigens kun je met behulp van Lexmark MarkVision via tcp/ip en dus ook via het internet printers in de gaten houden en ervan verwittigd worden of de inkt opraakt of als er andere moeilijkheden zijn.

Navullen
Als je het toch zelf wil doen, zijn er natuurlijk oplossingen beschikbaar naast wat je op het internet aantreft. Zo kun je een systeem van CompuJet kopen om HP-inktcatridges na te vullen. Het werkt met een houdertje waarin je de cartridge steekt en een soort schroef die je aandraait om het harde plastic bovendeel van de cartridge te verwijderen. In feite maak je dat daarmee kapot; vandaar dat er een speciale kleefband in de CompuJet-verpakking zit om een en ander achteraf samen te houden. Eenmaal dat de bovenkant van de cartridge af is, kun je met een pipet inkt in de reservoirs laten druppelen. Uiteraard krijg je drie flesjes met inkt en drie pipetten, of voor de zwarte inkt een zakje met inkt en één pipet. Een heel andere oplossing komt van Esselte. Zij leveren een soort inkttank die je met velcro of klittenband aan de zijkant van de printer kleeft. Een buisje gaat dan binnen de printer naar de zwarte inktcartridge en leidt aan het andere uiteinde naar de inkttank. Die tank bevat overigens het equivalent van twee inktcartridges en kan probleemloos nagevuld worden.

Inktkwaliteit
Wij besloten eerst eens te kijken of er überhaupt wel verschil te zien was tussen verschillende soorten inkt. Met name uiteraard tussen de inkt van de printerfabrikant zelf en die van een alternatieve leverancier. In eerste instantie beperkten we ons tot CompuJet en Esselte. Beide fabrikanten leveren inktcassettes voor zowel HP DeskJets als Epson Stylus Color printers, en die hebben we allebei uitgeprobeerd. Voor de test kozen we de papiersoort waarmee de inktspuiter het best presteerde met zijn eigen inktmerk en herhaalden de test dan met de inkt van CompuJet en dan ook nog eens met de inkt van Esselte. Vervolgens vergeleken we de afdrukken met zorg. Zowel bij Epson als bij HP konden we zelfs met een vergrootglas nauwelijks verschil ontdekken tussen de verschillende inktsoorten, terwijl er bij verschillende soorten papier altijd wel een verschil zichtbaar was, soms zelfs een van dag en nacht (zie verder). Op zijn hoogst kwamen we tot enkele lichte tintverschillen, maar niets dat zorgen zou mogen baren. We probeerden hetzelfde ook bij een laserprinter. Bij een HP 6L vervingen we de toner van HP door eentje van Verbatim. Er was wat verschil in zwartheid te zien tussen de afdrukken met beide toners, maar niets wereldschokkends. Door wat te foefelen met de contrast- of economieparameters van de printerdrivers kun je een teveel aan zwart alleszins wel wegwerken. De Verbatim toner is iets goedkoper én milieuvriendelijker. Er zit namelijk een “port betaald”-sticker bij waarmee je een lege toner (ook als de vorige van HP was) gratis kunt opsturen naar een recyclagecentrum van Verbatim. En ja: er zit een sticker bij voor België. Van HP kunnen we hetzelfde niet zeggen. Hun toners gaan wel vergezeld van een mededeling over een recyclageprogramma in de Verenigde Staten, maar daar heb je hier natuurlijk niet veel aan. Over het zelf navullen van toners hebben we geen informatie gevonden, maar dat lijkt ons sowieso geen verstandige bezigheid. Veel te veel troep.


Meer over dit onderwerp kun je lezen in onze test van fotopapier, fotolabo’s en fotoprinters).

Conclusie
Er blijkt nauwelijks verschil te zijn tussen verschillende merken inktcassettes of toners. Zelf inkt bijvullen kan wel aardig wat zweet kosten. Kijk dus gewoon naar de prijs, want daar kun je soms geweldig veel mee besparen.
Vorig artikelEen nieuw millennium, een nieuwe Windows
Volgend artikelIs gratis wel echt voor niks?

4 REACTIES

  1. Ik ga ook naar Breda en vul alles bij Cartridge World in de Boschstraat, zij werken zeer proffesioneel. Aanvankelijk vertrouwde ik het niet dit hervullen, maar inmiddels ben ik door Cartridge World overtuigd. Een echte aanrader.

  2. Goedkoper printen doe ik via Cartridge World in Breda, een perfecte hervulservice en 50% goedkoper dan de originele HP en Canon die ik gebruik.

Reacties zijn gesloten.