Het einde van het Internet-analfabetisme of hoe Athene de wereld verandert

0
27

De Europese Commissie heeft Internet ontdekt. Met een blik die niet geheel van jaloezie ontbloot is, kijkt men naar de Verenigde Staten, waar e-handel dé booming business van het nieuwe millennium is. De Elektronische handel in de Verenigde Staten heeft het effect van een zandzuiger op Europa. Deskundig zuigt de nieuwe economie het zand weg, en daarmee iedere fundering onder de Europese handelstoekomst. Dat moet dus anders, dachten ze bij de Europese Commissie. Reden te over voor een parlementaire bijeenkomst in het (zonnige) Athene om er aandacht te besteden aan alle knelpunten rond het Internet. De aanbevelingen van deze conferentie krijgen de komende maanden hun beslag in Europese besluitvorming. De Europese doelstellingen zijn ambitieus: Tegen eind 2001 moeten alle scholen – ja je leest het goed, ook die van je spruit – in de Unie toegang hebben tot Internet en multimedia. Dit moet gepaard gaan met de nodige ondersteuning en opleiding. Want zonder goede leerkrachten die van wanten weten, is het weinig waarschijnlijk dat de jeugd er morgen meer van zal bakken dan de jeugd van vandaag. En als toemaatje wil de EU in alle publieke instellingen Internet, waar iedereen mag aanzitten. Alvast een leuk alternatief om de lange wachttijden bij sommige administraties te veraangenamen. Zelf wil ik daar meteen de wachtkamer bij de dokter en de tandarts aan toevoegen, en van mij mag het ook onmiddellijk op de trein.Tegen eind 2002 moeten alle leerkrachten in de EU zichzelf kunnen beredderen en beschikken over een persoonlijke Internet-toegang. Iedere klas moet toegang hebben tot hoge snelheidslijnen en multimedia. En alsof dat nog niet volstaat moet iedere school vanaf eind 2003 volleerde Internetwizkids afleveren.Natuurlijk kun je zoveel virtuele dromen niet van vandaag op morgen in harde alledaagse werkelijkheid omtoveren. In ons dichtbekabeld landje is het wellicht mogelijk om deze doelstellingen nu al te realiseren. Een ander paar mouwen is het in de afgelegen dorpjes van de Alentejo of de Spaanse Pyreneeën, waar je enkel per gsm of satelliettelefoon een trefzekere verbinding met de buitenwereld kunt tot stand brengen. Hoge snelheid, dat zal daar nog wel even een droom blijven. Op de Conferentie in Athene hoorden wij natuurlijk de steeds weerkerende vaststellingen: Internet moet goedkoper, veel goedkoper, en als het kan gratis – politici geven immers graag alles weg wat anderen in hun plaats betalen. Verrassend was voor mij wel de ernst waarmee het veiligheidsthema werd aangekaart. De dreiging van Big Brother, die met het Echelon-spionageschandaal (opent een nieuw venster) en de hete adem van Haider in de Europese nek heel erg reël wordt, was reden voor een diepgaande bevraging. Kritische vragen dus, bijvoorbeeld over de aanpak van Finland, het self serviceland bij uitstek, waar iedere inwoner voor al zijn kaartverrichtingen voortaan beschikt over één enkele smart card. Wie de unieke identificatie van een individu weet te achterhalen, krijgt meteen toegang tot een onwaarschijnlijke schat aan gegevens.Wie opkomt voor de ongeremde vrijheid van het Internet kan gerust zijn. Europa is niet uit op meer betuttelende wetgeving, wel op zelfregulering en co-regulering. Zoek het zelf maar uit en als je er niet uit wijs geraakt, willen wij best een handje helpen, heet het in gewone mensentaal. De Europese Commissie beseft maar al te goed dat iedere nieuwe Internet-Richtlijn hopeloos verouderd is tegen dat ze van kracht wordt en dat daar beter geen kruit op verschoten wordt. Het voorbeeld van het Belgische Testaankoop dat als consumentenorganisatie een kwaliteitslabel voor elektronische handel op poten zette, dat verdient daarentegen navolging. En daar mag de overheid best een (financieel) vingertje voor toesteken. Is Internet nu dé toekomst? Als het van de parlementairen afhangt, is dat nog niet voor morgen. Het viel mij op de conferentie op dat iedereen gebruik maakte van het oude vertrouwde papier. Laptops waren er nauwelijks, laat staan online-verbindingen of een rechtstreekse Internet-uitzending. Voor de Internetdemocratie zou het een goede zaak zijn, indien gebruikers zich online in het debat konden mengen. Niets van dat alles dus: wie beslist over het reilen en zeilen van Internet doet dat lekker ouderwets met pen en (stapels) papier. Het is een hele veraderming daartussen af en toe een glimp echte expertise op te vangen. De echte allesomvattende Internetdemocratie blijft ook in de Unie voorlopig nog uit. Want over één zaak is iedereen het eens: kennis is macht en hoe beter je je eigen kennis kunt afschermen voor anderen, hoe machtiger je wordt. Je moet dus geheid knetter zijn om al je kennis via Internet te grabbel te gooien.

Vorig artikelEchelon is listening… maar hou het stil!
Volgend artikelIeder zijn waarheid