Wat doe je ermee?

1
40

Een netwerk dient heel in het algemeen om allerlei netwerkbronnen (in het Engels heet dat resources) te delen tussen alle aangesloten stations in dat netwerk. Die netwerkbronnen kunnen heel veel dingen zijn: hele toestellen zoals printers of modems, disk drives, directory’s, bestanden, noem maar op. Ook diensten kunnen daaronder vallen. Alles waar je aankan op je eigen pc kun je in principe beschikbaar stellen op een netwerk zodat anderen er ook aan kunnen. In principe kun je twee soorten netwerken bij je thuis of op kantoor/bedrijf installeren: een evenknienetwerk (in het Engels heet dat peer-to-peer) en een client/servernetwerk. In feite zijn ze niet eens zo strikt gescheiden, want ook in een netwerk met een server is nog evenknietoegang mogelijk.
| Peer-to-peer

Een evenknienetwerk bestaat uit allemaal werkstations die elkaars gelijke zijn. Elk werkstation kan netwerkbronnen over het netwerk ter beschikking stellen en elk ander werkstation kan daar in principe aan (eventueel pas nadat een correcte gebruikersnaam en -wachtwoord opgegeven werd). Dit type netwerk is specifiek geschikt om mensen in staat te stellen elkaar toegang te geven tot interessante bestanden of programma’s, of om een bepaald type printer te delen. En uiteraard ook om netwerkspelletjes te spelen. Als je elkaar wil afknallen met Quake, heb je dit soort netwerk nodig. Het nadeel van dit soort netwerk is dat gedeelde netwerkbronnen alleen maar beschikbaar zijn als het daarbij horende werkstation ook aanstaat en aangesloten is op het netwerk.

Client/server

Een client/servernetwerk bestaat uit een bende werkstations die in feite met één server communiceren. Daarop zijn uitzonderingen mogelijk, zoals bij een netwerk dat meerdere servers bevat. De bedoeling van een server is veelgevraagde netwerkbronnen gecentraliseerd ter beschikking te stellen. Een server staat normaal altijd aan, zodat hij altijd ter beschikking is als een werkstation ingeschakeld wordt. Een werkstation moet normaal inloggen op een server, dit wil zeggen dat er een gebruikersnaam en -wachtwoord verstrekt moet worden. Het voordeel van dit soort netwerk is dat het delen van netwerkbronnen zo optimaal mogelijk gemaakt wordt en dat die bronnen altijd beschikbaar zijn. Het is ook veiliger dan een evenknienetwerk. Het grootste nadeel van een servergebaseerd netwerk is dat die server een centrale functie vervult: als de server de geest geeft, zul je dus het grootste deel van je netwerkfunctionaliteit kwijt zijn. Het is dus belangrijk voorzorgen te nemen zodat je serveronderdelen die kapot gaan zo snel mogelijk kunt vervangen. Het maken van back-ups is ook veel belangrijker, omdat er veel meer informatie op zo’n server zal staan in vergelijking met de werkstations. Het enige andere nadeel is dat het wat meer stroom verbruikt omdat die server immers altijd aanstaat, al zou je de server natuurlijk kunnen uitschakelen gedurende tijdstippen waarop je zeker weet dat geen enkel werkstation zal proberen in te loggen. ’s Nachts, bijvoorbeeld. In de praktijk doet men dit echter zelden, omdat men dergelijke “idle times” (leeglooptijden, periodes waarin de server normaal niks te doen zou hebben) gebruikt om bijvoorbeeld de server onderhoudswerkzaamheden te laten verrichten of back-ups te laten maken. Het is perfect mogelijk om een server te combineren met bepaalde evenknie-activiteiten en dat geeft je dan het beste van twee werelden.

Nut

Een netwerk haalt dus zijn nut uit dat delen van netwerkbronnen. Er zijn een paar netwerkconfiguraties die het meestgebruikt zijn en die gebruiken we om te illustreren op wat voor manieren een netwerk bij jou van nut zou kunnen zijn. We dachten aan netwerkspelen, file- en printserver en het delen van één internettoegang. Natuurlijk kun je deze drie netwerkconfiguraties combineren, maar we halen ze hier even uit elkaar om beter te kunnen zien wat er zo allemaal mogelijk is.

Netwerkspelen

Dit is een heel specifieke evenknietoepassing, maar bij veel moderne netwerkspelen kan één machine een spelserver draaien waar alle andere dan mee communiceren. Daarmee heb je dan meteen een client/serveropstelling. Zoals je merkt hoeft er geen strikte scheiding te zijn tussen evenknie en client/server en kan het ook gemengd. De allermodernste spelen gaan er zonder meer vanuit dat je zowel locaal als over het Internet wil spelen met anderen. Bijgevolg gebruiken ze TCP/IP als netwerkprotocol. Een stel pc’s in netwerk met allemaal het TCP/IP-protocol geïnstalleerd kunnen bijvoorbeeld allemaal Quake II draaien en dan kun je in netwerk tegen elkaar spelen. Oudere spelen zoals Doom, Duke Nukem 3D en Quake 1, maken heel vaak gebruik van het IPX-protocol van Novell en dat eigenlijk bij hun Netware-servers hoort. De oorsprong hiervan moet je zoeken in het feit, dat al deze spelen oorspronkelijk onder DOS werkten en je kunt alle netwerksturingen voor IPX met gemak in het weinige DOS-geheugen krijgen, terwijl andere protocollen veel omvangrijker waren (en TCP/IP was toen nog niet zo doorgedrongen als het nu is). Windows 9x kan overigens IPX gebruiken om te netwerken zonder dat er een Netware-server op het netwerk hoeft te zitten.

File- en printserver

Dit wordt meestal in één adem genoemd, al zou je ook een aparte printserver of een aparte fileserver kunnen hebben. De bedoeling is alleszins een centrale plaats te hebben waar je al je bestanden en programma’s opslaat. Dat is eenvoudiger om te back-uppen en anderen kunnen er zo ook beter aan, bovendien hoef je veel software dan niet op elke netwerkpc te gaan installeren. Hetzelfde geldt voor de printer. Niet iedere werkpc heeft een printer aangesloten, dus ligt het voor de hand dat die ergens centraal aangesloten staat. Printen via het netwerk ontlast Windows 9x aanzienlijk: je zult vast al wel voorgehad hebben dat Windows bijna stilstaat van traagheid als hij bezig is met een omvangrijkere printjob, maar daar heeft hij nauwelijks nog last van als de printer aan een server hangt. De file- en printserver zou natuurlijk zelf een Windows-pc kunnen zijn die dan zelf ook nog eens als werkstation kan dienen: zoiets noemen we een non-dedicated server. Een decidated server (“dedicated” betekent letterlijk toegewijd) daarentegen, wordt niet als werkstation gebruikt. Merk op, dat als de printerserver een Windows 9x pc is, omvangrijke afdrukjobs deze pc flink zullen vertragen. Als je veel te printen heb, gebruik je dus best een meer performant systeem als Windows NT, OS/2 Warp of Linux als server. Dan kun je wel geen printers gebruiken die alleen maar voor Windows 9x geschikt zijn (zogenaamde GDI- of WinPrinters). Een fileserver zal veel meer bestanden aan boord hebben dan één werkstation, dus is het erg belangrijk dat er gebruik gemaakt wordt van een flexibel en efficiënt bestandssysteem. FAT en FAT-32 zijn hiervoor niet geschikt. Je gebruikt beter NTFS (Windows NT), HPFS (Windows NT en OS/2 Warp) of ext2 (Linux). Linux als server gebruiken voor Windows pc’s vereist wel dat je nog iets anders installeert: SAMBA, een gratis SMB-netwerkdienst voor Unix-systemen. SMB is wat Windows-pc’s gebruiken om met elkaar in een netwerk te babbelen en elkaars netwerkbronnen te kunnen gebruiken.

Internet-server

In steeds meer gezinnen zijn er meerdere pc’s aanwezig. Grotere kinderen hebben er meestal elk een, en de ouders ook. Als je met drie of meer pc’s zit, komt het al snel voor dat meerdere mensen tegelijk willen internetten. Helaas is er vaak maar één Internetabonnement en één modem, dus kan er maar op de pc waarop dat allemaal aangesloten is op Internet gesurft worden. In een van de vorige nummers van Clickx kon je alles lezen over verschillende oplossingen om een Internetaansluiting over meerdere pc’s te delen. Windows 98 Second Edition heeft zo’n oplossing standaard aan boord. Als je Linux reeds als server in gebruik had, hoef je natuurlijk niets speciaals te doen: Linux heeft standaard al alles aan boord op een Internetaansluiting over een heel netwerk te delen. Voor OS/2 Warp heb je een sharewareproduct nodig dat InJoy heet en voor Windows NT moet je ook speciale software hebben, die helaas niet van de goedkoopste is.

Conclusie Een netwerk in huis heeft een duidelijk nut vanaf het ogenblik dat je twee, drie of meer pc’s tegelijk gebruikt. Je kunt de beschikbare harde-schijfruimte optimaler gebruiken door die te centraliseren, je kunt beter gebruik maken van printers door ze te centraliseren en dat geldt ook voor een Internetaansluiting. Zelfs spelletjes spelen wordt heel wat leuker als je dat tegen elkaar in een netwerk kunt doen. Waar wacht je nog op?

Links Voor- en nadelen van evenknie- en client/servernetwerken http://www.brunel.ac.uk/~bustrrg/peer-cs.htm

InJoy om Internet over een netwerk te delen met behulp van een OS/2-servertje http://www.fx.dk/injoy

Alles over de Internetdelingscapaciteiten van Windows 98 SE http://www.microsoft.com/homenet/ics.htm

Vorig artikelVertalen blijft mensenwerk
Volgend artikelEen internetverbinding delen

1 REACTIE

  1. Lang zoek ik reeds achter netwerkspelen en vele sites open ik die er vermelding van maken, althans het woord netwerkspelen, maar blijkbaar geen één met links naar deze sites. Zijn die onvindbaar? Het is nochthans zo leuk om met 2 bv. triple-yahtzee te spelen via netwerk, maar heb nog zo een spel niet gevonden.

Reacties zijn gesloten.