Wellicht volgend jaar opent Google een gigantisch datacenter in het Belgische Saint-Ghislain. Het zal gekoeld worden met plaatselijk beschikbaar water. We leren hier twee dingen uit. Datacenters verbruiken enorm veel energie. Google heeft geld genoeg om te investeren in “groene” koelsystemen.
Niet alle datacenters hebben de omvang van Google’s datacenter in Saint-Ghislain. Allemaal samen verbruiken ze echter enorm veel energie. Amerikaanse cijfers van het Environmental Protection Agency (EPA) liegen er niet om. Uit het datacenter rapport dat de EPA op 2 augustus 2007 voorlegde aan het Congres blijkt dat datacenters vorig jaar verantwoordelijk waren voor anderhalve procent van het totale Amerikaanse energieverbruik. Tien procent van het totale verbruik van 61 miljard kilowattuur (kostprijs: 4,5 miljard dollar, gelijk aan het verbruik van 5,8 miljoen huishoudens) was voor rekening van de federale overheid. Art Wittmann van InformationWeek noemt deze cijfers terecht ‘staggering’.
Verdubbeling
Onze monden vallen nog verder open bij de voorspellingen van de EPA: een verdubbeling van het energieverbruik van datacenters tegen 2011 bij ongewijzigd beleid.
Milieuargumenten terzijde gelaten, moeten alleen al de stijgende energieprijzen bedrijven en organisaties er toe aanzetten om eens goed naar het energieverbruik van hun datacenters te kijken. Uitsluitend energie-efficiënte hardware installeren zal niet volstaan om de trend van het groeiende energieverbruik te keren. Operationeel zal er ook een en ander moeten veranderen.
Art Wittmann suggereert om IT’ers gedeeltelijk te belonen naarmate ze energie besparen voor hun organisatie. Een goed idee, want zaken zoals virtualisatie en databeheer kunnen al heel wat benodigde capaciteit en dus energie (en dus kosten) besparen in datacenters.
Total Cost of Ownership
Kostenberekeningen (TCO) moeten, voor zover dat nog niet het geval is, ook rekening houden met alle mogelijke vormen van energiebesparing. Serverconsolidatie is de eerste stap naar een energie-efficiënter datacenter. Oude hardware verbruikt nu eenmaal meer energie dan nieuwe. Bedrijven houden die oude hardware soms in werking om verouderde, maar nog steeds benodigde software te draaien. Dat kan allemaal veel efficiënter via virtualisatie.
Maar ook nieuwe software kan vaak probleemloos worden gevirtualiseerd. Eén krachtige server die aan tachtig procent van zijn capaciteit draait, verbruikt nu eenmaal minder energie dan de twintig of dertig verouderde servers die hij vervangt en die misschien maar aan tien of twintig procent van hun capaciteit draaien.
Databeheer
Intelligenter databeheer is de tweede voor de hand liggende stap naar efficiëntere datacenters. Diverse studies tonen aan dat vaak slechts dertig procent van de totale opslagcapaciteit binnen bedrijven effectief wordt gebruikt. Dat betekent dus zeventig procent onbenutte opslagcapaciteit: niet alleen een verspilling van energie, maar ook van hardware als dusdanig. Een beter databeheer kan dus gigantisch veel geld besparen.