Postperikelen: gebrek aan verbeelding?

0
56

René stelt zich vragen bij het afleveren van post. Niet alleen bij de Belgische Post wil een zending wel eens met wat vertraging bij de bestemmeling arriveren, ook elektronisch berichten versturen is niet altijd betrouwbaar.
Vorige week vrijdag 10 augustus verjaarde mijn schoonzus, dus traditiegetrouw wordt er een kaartje gekocht, door alle familieleden ondertekend en twee dagen op voorhand met de Belgische Post verstuurd. Jawel, wij weten ook dat de Prior-zegel in België intussen afgeschaft is en dat alle poststukken voortaan op D+1 ter bestemming zijn, maar je weet maar nooit – een dagje extra, voor alle veiligheid…
Alzo werd het kaartje keurig op woensdagmorgen 7 uur in de grote brievenbus op het dorpsplein gepost. Toch speelde de Belgische Post het klaar dat kaartje pas maandag in de loop van de dag bij de bestemmeling af te leveren. Het is niet voor niets dat de Belgische Post intussen door heel wat mensen genoegzaam "De Slakkenpost" genoemd wordt.

Gouden kans
Diezelfde maandag stuurde Ludo, onze uitgever, me een e-mailtje of ik even langs kon komen. Per kerende post – een Reply in het moderne Nederlands – bevestigde ik dat ik dezelfde dag nog zou binnenspringen. Vandaag woensdag, dus twee dagen later, ontving ik van hem een antwoord: "Toch handig zo’n e-mail om snel afspraken te maken… Ik heb dit antwoord van jou pas vandaag woensdag ontvangen. Zelfs de Belgische Post is sneller".
Dus: nee, Ludo, de Belgische Post is niet sneller. Akkoord, ze hebben hier een gouden kans laten liggen, maar dat zijn van die nabeschouwingen zoals je ze ook op maandagochtend op de radio kunt horen over de voetbalwedstrijden van het afgelopen weekend.

Net niet sneller dan e-mail: een gemiste kans!  (foto: De Post)

Toch zit ik met een probleem. In het geval van de Belgische Posterijen kan ik me van alles voorstellen. Een postwagentje dat in panne valt, de lopende band waarop alle poststukken afgestempeld worden die hapert, het kaartje dat in de verkeerde zak bij de verkeerde postbode op de verkeerde ronde terechtkomt, zelfs een zoveelste poststaking.

Pingpong
Maar hoe zit dat dan bij die e-mail? Die kennen toch geen postwagentjes, geen afstempeling, geen postbodes en zelfs geen stakingen? Hoe moet ik me dat nu voorstellen?
Een e-mail is in feite niet meer dan een elektrisch signaal. Elektriciteit plant zich voort met de snelheid van het licht, dus 300.000 km/s of ruwweg 1 miljard km/u. Op die 2 dagen heeft het dus 48 miljard km afgelegd, dat is 120.000 keer de afstand aarde-maan. Wat bezielde dat e-mailtje van Ludo dan wel om eerst 60.000 keer pingpong te spelen tussen aarde en maan vooraleer in mijn mailbox te komen uitrusten? Nog een geluk dat e-mailtjes niet zweten, Sven Nijs onlangs nog bezig gezien op tv?

Bakje vol
Overigens, over mailboxen gesproken – gisteren kreeg ik een e-mail die ik verstuurde naar de syndicus van ons appartementsblok terug van de Mailer-Daemon met de mededeling "maildir delivery failed: Sorry, the user’s maildir has overdrawn his diskspace quota, please try again later" of vrij vertaald: zijn brievenbus zat vol.
OK, wanneer ik vergeet aan de buren te vragen om mijn brievenbus te ledigen terwijl ik met vakantie ben dan weet ik dat mijn brievenbus zal overlopen. Reclameblaadjes, folders, krantjes, stapels facturen en hier en daar iets echt nuttigs. Ook hier zit ik weer met hetzelfde probleem: hoe moet ik me dat nu voorstellen bij een elektronische brievenbus? Hoe groot of hoe klein zijn die bakjes dan wel? Ik zei het al: een e-mail is in feite niet meer dan een elektrisch signaal. Dus moeten we in elektronen denken. Wanneer we de afmetingen van een elektron kennen, en veronderstellen dat een gemiddelde e-mail zo’n 1.000 letters heeft, dan kunnen we… ach, laat maar. Dat wordt misschien wel eens de opgave voor een nieuwe wedstrijd.

Vorig artikelHeadset met verwisselbare covers
Volgend artikelFotoscanner van Epson gebruikt witte LED’s als lichtbron
René Paulus
René Paulus is medewerker van Diskidee.