Homofoon

0
48

Luidt de overname van Youtube door Google de terugkeer in van de technologie zeepbel? Bedrijven zoals News Corp. en Viacom rekenen zich in elk geval al rijk met de licentierechten die ze van de nieuwe eigenaar hopen af te snoepen.
De eigenaar van Utube wrijft zich in de handen. Sinds bekend raakte dat Google de populaire videosite YouTube overneemt voor 1,32 miljard euro, surften miljoenen dyslectische Amerikanen naar de homofone website van buizenfabrikant Universal Tube & Rollform Equipment Corp. Eigenaar Ralph Girkins kreeg naar eigen zeggen al een bod van 1 miljoen dollar van een tussenpersoon van YouTube, maar hij wil minstens 2,5 tot drie miljoen dollar vangen voor zijn domeinnaam Utube.com. Zowat alle nieuwssites, maar ook de meeste kranten rapporteerden gretig over dit fait divers.

Populair
YouTube groeide op korte tijd uit tot een van de populairste websites ter wereld. De site bestaat slechts sinds februari 2005! In de recentste Alexa-rangschikking van ’s wereld populairste websites staat YouTube op nummer tien, voorafgegaan door andere succesverhalen van het hedendaagse internet zoals Google, Yahoo!, Windows Live en MySpace. Volgens Alexa is YouTube bijvoorbeeld ook de negende populairste in België, alleen voorafgegaan door (in stijgende volgorde) Belgacom Skynet, Wikipedia, Windows Live, Ebay België, Yahoo!, MSN, Google.com en Google.be. Merk overigens op dat in die Belgische top tien slechts één "echte" Belgische site staat.

Advertenties
Bezoekersaantallen betekenen natuurlijk heel wat in een sector die het voornamelijk moet hebben van advertentie-inkomsten. Ook het zakelijke model van Google is daar bijna volledig op gebaseerd. (Ook DiskIdee profiteert daar van mee, want wij plaatsen ook Google Ads.) Google kan trouwens ook zijn eigen Google Video dienst integreren met YouTube. De overname door Google lijkt dan ook logisch.
Is YouTube echter het astronomische bedrag van 1,32 miljard euro waard? Zelfs Google lijkt daar niet helemaal zeker van te zijn, want het betaalt de overname voor de volle honderd procent met aandelen. Met de deal is geen cash gemoeid. De drie stichters van YouTube zijn dus voorlopig alleen papieren miljardairs, want ze moeten hun kraakverse Google-aandelen lange tijd bijhouden.

Waardering
Als we ervan uitgaan dat het Google-aandeel momenteel overgewaardeerd is, dan is met de YouTube-overname minder geld gemoeid dan nu in schreeuwerige krantenkoppen wordt gemeld. Maar of het nu 1,32 miljard, 1 miljard of zelfs 800.000 euro is: het blijft een astronomische bedrag. Vooral als je weet dat YouTube uiteraard nooit winst heeft gemaakt, wel flink wat geld heeft gekost aan een aantal risicokapitaaldragers (die nu wel cashen natuurlijk). Het hosten en streamen van video is nu eenmaal zeer duur en de weinige advertentie-inkomsten van YouTube compenseren die hoge kosten nauwelijks.

Rechten
En dan is er natuurlijk nog de netelige rechtenkwestie. YouTube-gebruikers posten massaal videofragmenten waar auteursrechten op rusten. De mediabedrijven lieten YouTube tot nu toe met rust, omdat ze ook profiteerden van de promotiekracht van YouTube, dat gedeeltelijk een publiek bereikt dat met gewone marketingkanalen moeilijk is te benaderen. Nu er "echt" geld met de site is gemoeid, dreigen mediabedrijven zoals News Corp., NBC en Viacom (MTV) met juridische stappen. Ze rekenen zich rijk. De advocaten van de mediabedrijven denken dat YouTube per illegaal filmpje 150.000 dollar moet betalen. De schade zou in de miljarden dollars lopen.
Waarnemers vermoeden dat dit een strategie is om lucratieve licentieovereenkomsten met Google te kunnen sluiten. Maar als Google niet toegeeflijk genoeg is, kunnen er toch dure rechtzaken van komen. En dan kocht Google misschien toch een kat in de zak. Beleven we vandaag de eerste tekenen van een terugkeer van de technologiezeepbel?

Vorig artikelFirewall beschermt smartphones
Volgend artikelCompacte en betaalbare spiegelreflexcamera
Jozef Schildermans
Jozef Schildermans is journalist en schrijver. Zijn recentste roman is De reis van de hofarts (samen met Ludo Schildermans) onder de auteursnaam L.J. Schildermans gepubliceerd bij Uitgeverij Houtekiet.