Beter en goedkoper

3
35

Inktjetprinters zijn er te kust en te keur. Je vindt er zelfs voor ongeveer 40 euro in de supermarkt, tussen de worteltjes, de sla en de prei. Leuk, maar waar zit het addertje? Wat heeft een instapmodel te bieden en loont het de moeite om wat meer uit te geven? Wat krijg ik daar dan extra voor? Om vakantiefoto’s evenwaardig af te drukken alsof ze recht uit het fotolab komen, heb je daar een dure fotoprinter voor nodig of kan dit ook met een ‘gewone’ inktjetprinter? Allemaal vragen waarop we een antwoord zochten terwijl we tien inktjetprinters op onze testbank legden.
printers
Je ziet het, vragen genoeg om weer eens een aantal inktjetprinters aan de tand te voelen. We proberen antwoorden te vinden op vragen als ‘Mijn printer is stuk en ik zoek een zo goedkoop mogelijke vervanger. Wat is dan de beste keuze?’ Maar ook: ‘Ik ben aan een nieuwe, betere printer toe’ of ‘Ik wil mijn vakantiefoto’s zelf echt mooi afdrukken, welke printer is de beste?’ Verder leer je ook of een goedkope inktjetprinter niet juist heel duur is wanneer je de prijs per pagina in rekening brengt.

Once upon a time…
Nu de pc dit jaar twintig kaarsjes mag uitblazen, is het in de mode even terug te kijken in de tijd. Ook de inktjetprinter is bijna twintig jaar oud. Even de retrotoer opgaan in een nostalgische bui mag wel even. In 1988 zag de eerste inktjetprinter van HP het levenslicht. De echte grote doorbraak kwam echter met de DeskJet Plus uit 1990 en de DeskJet 500 uit 1991. In die tijd was 555 euro een schappelijke prijs voor een zwart-wit inktjetprinter. Sindsdien is er natuurlijk heel veel veranderd. HP kreeg gezelschap van verschillende andere producenten waarvan er vandaag nog een drietal belangrijke overblijven: Epson, Canon en Lexmark. De louter zwart-wit inktjetprinter heeft sinds 1991 plaats moeten ruimen voor de kleureninktjetprinter. Bij de eerste kleurenexemplaren, zoals bij de HP DeskJet 500C, moest je steeds zelf de inktcassette verwisselen telkens je iets in kleur wilde afdrukken. Dat werd gelukkig voltooid verleden tijd met de komst van de HP DeskJet 550C. Zwartwit en kleuren kon je met een en dezelfde inktcassette afdrukken. Een inktjetprinter is nu per definitie een kleurenprinter, behalve de heel goedkope Lexmark Z13 die je nog in de supermarkt tussen de soep en de pizza aantreft en die je daarom beter links laat liggen, tenzij je écht kleurenblind bent.

Laserprinter, een alternatief?
Ook laserprinters kunnen kleurenprinters zijn, maar dan hebben we het wel over apparaten waar een heel ander prijskaartje aan bengelt. Je mag de 40 euro van de goedkoopste inktjetprinter dan wel vergeten. Een kleine 1500 euro is realistischer en dan heb je niet noodzakelijk een betere kwaliteit dan een inktjetprinter van ongeveer 200 euro. Alles hangt immers af van wat je wilt afdrukken. Voor foto’s is een kleureninktjetprinter het beste omdat vloeibare inkt gemakkelijker in elkaar vloeit waardoor er veel rijkere kleurschakeringen ontstaan dan het poeder (of de toner) van een kleurenlaserprinter op papier kan toveren. Voor documenten met grafieken levert een kleureninktjetprinter ook mooie afdrukken af, maar het afdrukken gaat wel vrij traag. Een kleurenlaserprinter kan de oplossing zijn wanneer je vele exemplaren van hetzelfde document in kleur wilt afdrukken, iets dat meestal slechts in bedrijven voorkomt.Wanneer je veel afdrukken maakt per maand, gemiddeld meer dan duizend pagina’s, dan is het op termijn wellicht goedkoper om een instapmodel laserprinter aan te schaffen, zeker als je die pagina’s voornamelijk in zwartwit afdrukt. De prijs per pagina van een laserprinter is immers veel goedkoper omdat een tonercartridge ook goedkoper is. Gemiddeld kost een cartridge 100 tot 150 euro. Op het eerste zicht veel meer dan de 15 tot 50 euro voor een zwart-wit inktcassette van een inktjetprinter, maar schijn bedriegt. Je kunt met een tonercartridge immers drie- tot vierduizend (zwartwit) pagina’s afdrukken, daar waar een inktcassette voor een inktjetprinter slechte enkele honderden pagina’s meegaat. Een tonercartridge gaat dus gemiddeld tien keer langer mee. De aanschafprijs van een laserprinter ligt dan wel veel hoger, maar in het verbruik is hij veel goedkoper. Voor rond de 500 euro heb je al een aardige laserprinter die bovendien nog flink wat sneller is dan de meeste inktjetprintres. De betaalbare laserprinter heeft maar één belangrijk nadeel: je kunt niet in kleur afdrukken.

Addertjes en valkuilen
Waarom zijn inktjetprinters zo goedkoop? Zijn ze niet té goedkoop? Hoe maken producenten er winst mee? Waar zitten de addertjes? Wie een beetje argwaan koestert tegenover dingen die op het eerste zicht te goedkoop zijn, zal deze vragen wel eens hebben gesteld bij de zoveelste aanbieding van een spotgoedkope printer.Het antwoord is vrij eenvoudig. De printerproducenten halen hun winst uit de accessoires van de printer, zoals inktcassettes en speciale papiersoorten. Beiden zijn voor sommige merken waanzinnig duur. Soms is het vernieuwen van een zwart-wit en kleureninktcassette duurder dan de printer zelf! En wat dacht je van fotopapier tegen 0,50 eurocent tot 1 euro per A4-vel? Nu goed, je hebt dan wel een foto op groot formaat of twee foto’s op één vel. Je kunt je wel de vraag stellen of het zelf afdrukken van je vakantiekiekjes hierdoor niet veel duurder uitkomt dan ze gewoon te laten ontwikkelen in het fotolab. Qua prijs zal het inderdaad ongeveer op hetzelfde niveau liggen. Voordeel van het zelf afdrukken van foto’s is wel dat je ze nog kunt bewerken en eventueel opfleuren met allerlei effecten.

Papier hier!
De meest verkochte merken inktjetprinter (HP, Canon, Epson) hebben naast hun specifieke inktcassettes ook nog eens een eigen merk papier. Wat je ook wilt afdrukken, er is wel een geschikte papiersoort voor: mat of glanzend, gewoon papier of fotopapier of misschien transparant, voor elk merk inktjetprinter zijn er wel vijf tot tien soorten papier. Uit testen die wij in het verleden deden, blijkt dat je voor de beste resultaten best het papier koopt dat bij het merk van je inktjetprinter hoort. Goedkopere papiermerken die niet gebonden zijn aan één printermerk, zoals ColorJet of Kodak, geven soms ook goede resultaten. De beste manier om uit te vissen welk papier de beste resultaten geeft, is met vallen en opstaan proberen. De meeste merken van inktjetpapier hebben wel een kennismakingsset met van elke soort papier enkele vellen. Van HP bijvoorbeeld is het bekend dat het een dergelijke kennismakingsset standaard bij elke printer meelevert.

Conclusie
Wil je een heel goede instapper, dan moet je bij de Epson Sylus C40UX zijn. Qua prijs/prestatie is hij niet te kloppen. Je haalt dan wel tevens de traagste printer uit de test in huis, tenminste voor het afdrukken van foto’s op de hoogste kwaliteit. Mag het wat meer kosten, dan presteert de Epson Stylus C80 het best. Zuiver kwalitatief gezien staat de Canon S300 op hetzelfde niveau. Het verschil tussen de kwalitatief minste, de Olivetti ArtJet 22, en de kwalitatief beste, de Canon S300 en Epson Stylus C80, is eigenlijk niet zo heel groot. Je zult dus niet echt een miskoop doen. De HP PhotoSmart P1315 heeft als fotoprinter aardig wat mogelijkheden en extra functionaliteit, maar kost ook veel meer dan de rest en dat laat zich stevig voelen in de prijs/prestatiescore.

Productinformatie in pdf-formaat

Prestaties in pdf-formaat

Alle informatie en testresultaten in universeel Excel-formaat (vier tabbladen)

Vorig artikelEénmaal, tweemaal, verkocht!
Volgend artikelOlivetti ArtJet 22

3 REACTIES

  1. Onzinnig artikel!! Lijkt of de schrijver betaald is om bepaalde inktjet printers te verkopen……… en wat schuift dat???

  2. ik heb de lexmark z13 printer en ik ben niet kleurendoof!!!

Reacties zijn gesloten.