On line-privacy een lachertje

0
29

De privacy van de burger neemt af naarmate de afluistertechnologie krachtiger en goedkoper wordt.
Als ik alle Villa PC’s naast elkaar leg waarin ik over privacy schreef, dan wordt de toon met de jaren pessimistischer. "On line-privacy is meer en meer een utopie, zowel in de praktijk als puur filosofisch", concludeerde ik begin 2004 in een stukje met de omineuze titel "Privacy? Pfff!!". De Belgische internetproviders, verenigd in de ISPA, lijken in een recente mededeling even pessimistisch, maar in zeker opzicht ook veel naïever. De ISPA wil dat de EU gelijke regels invoert voor het bewaren van klantengegevens. Ook moet de regelgeving meer evenwicht creëren tussen de vraag naar veiligheid en het recht op privacy van de burger. Want "een democratie werkt enkel als het recht op privacy voor elke burger gegarandeerd wordt." Kernpunt van ISPA’s betoog is dat er geen verschil mag bestaan tussen het privacyrecht van de burger op het internet en daarbuiten. ISPA acht het ondenkbaar dat de burgers in het echte leven even zwaar worden gecontroleerd als in het on line-leven.

Hogere belangen
Dat zijn nogal wat veronderstellingen in één mededeling. Natuurlijk houden we allemaal vast aan onze privacy, maar even natuurlijk zijn er hogere belangen gemoeid met het niet té absoluut vasthouden aan dat "recht". (Zó stevig zit dat "recht" trouwens niet in onze wetgeving verankerd.) Is het wettelijk, politiek en filosofisch "ondenkbaar" dat de burger in het gewone leven even streng wordt gecontroleerd als on line? Of zit het "ondenkbare" hem eerder in de technische beperkingen van het gewone leven?
Ik herinner me dat er in het begin van de jaren negentig heel wat heisa ontstond over de toename van bewakingscamera’s op de openbare weg. Het was zelfs voor sommigen een argument om de onbewaakte verkeerscamera als perfide te bestempelen. Vandaag word je voor een naïeveling versleten als je je daar nog vragen over stelt. Camera’s zijn alomtegenwoordig en ze werken ook steeds beter.

***
Zodra er betaalbare technologie beschikbaar is om de burger zwaarder te controleren zal die ook worden gebruikt.
***

Bij het recente bezoek van President Bush aan Brussel zagen we op onze tv-schermen een trotse Brusselse hoofdcommissaris die demonstreerde hoe hij elk plekje van Brussel in het oog kon houden van op een centrale locatie. Je komt de V.S. niet meer binnen als je je niet eerst laat filmen door een webcamera van Logitech. (Proficiat overigens aan dit Zwitserse bedrijf dat het die toch enorme Amerikaanse order heeft binnengehaald.)

Technische beperkingen
De reden dat we in het echte leven niet zo zwaar worden gecontroleerd als in het on line leven is dus veeleer te danken aan technische beperkingen. Nog een voorbeeld nodig? Het ministerie van Justitie meldt dat alle Belgische onderzoeksrechters in 2003 twee keer zo lang telefoons lieten afluisteren als het jaar daarvoor. Dat is een verdrievoudiging tegenover 2002. De installatie van een centrale afluisterkamer in Brussel vergemakkelijkte het afluisteren enorm. Daardoor gaat een derde van alle gerechtskosten die het ministerie van Justitie betaalt nu al naar afluisteren van telefoons en mobieltjes.
Je zou het dus als een wetmatigheid kunnen formuleren: "Zodra er betaalbare technologie beschikbaar is om de burger zwaarder te controleren zal die ook worden gebruikt." Of, anders geformuleerd: "De privacy van de burger neemt af naarmate de afluistertechnologie krachtiger en goedkoper wordt." Off line is dat niet anders dan on line.
Dat de leden van de ISPA hun klantengegevens twaalf maanden moeten bijhouden is eigenlijk klein bier. Ja, in de meeste andere E.U.-lidstaten moet het maar drie maanden, zodat de internetproviders daar minder kosten hebben. Maar in landen zoals Nederland of het VK wordt het internetverkeer actief afgeluisterd en moeten de internetproviders ook zelf voor die (veel hogere) kosten opdraaien. Zo ver is het bij ons niet, toch niet voor zover wij weten en uiteraard voor zolang het duurt.

Diefstal
Het on line leven is nog op een andere manier onvergelijkbaar met het echte leven. Gewone burgers plegen on line veel eenvoudiger en veel massaler diefstal van intellectuele eigendom. Met de bestrijding van het illegaal kopiëren zijn enorme commerciële belangen gemoeid en dan wordt privacy vaak het ondergeschoven kindje. De burger wordt trouwens murw geslagen met het argument dat het internet massaal wordt gebruikt voor de verspreiding van kinderporno en dat dus alle afluistermaatregelen verantwoord zijn. Hoe erg die kinderpornoplaag is op het internet is onduidelijk, want echt objectieve studies bestaan daarover niet. In elk geval vergemakkelijkt dit de invoering van zeer verregaande bewakings- en afluistermaatregelen die, zo blijkt, vervolgens vooral worden ingezet om illegale kopieerders aan te pakken.
Ook hier geldt dat de zwakste schakel in een misdaadketting het eerst wordt aangepakt. Onwetendheid en de massale en eenvoudige beschikbaarheid van gestolen intellectuele eigendom op het internet geldt daarbij voor rechters niet als geldig excuus. Op zich heb ik daar geen problemen mee, want er zal toch ooit een afdoende dam moeten worden opgeworpen tegen al dat gekopieer. Dat in die strijd het begrip privacy zeer verregaand wordt uitgehold, is voor politici en multinationals een spijtige bijkomstigheid. Dus meer dan ooit geldt: privacy? pfff!

Vorig artikelMicronet SP5100/S en Elesign SIP telefoons (SIP)
Volgend artikelNieuwe leven voor oude schijven
Jozef Schildermans
Jozef Schildermans is journalist en schrijver. Zijn recentste roman is De reis van de hofarts (samen met Ludo Schildermans) onder de auteursnaam L.J. Schildermans gepubliceerd bij Uitgeverij Houtekiet.