Googlen is een werkwoord

2
28

De uitspraak ligt wat moeilijk in de mond: ik google, jij googlet, hij heeft googled… Inderdaad, we googlen nu allemaal. Maar klopt het allemaal wel? Is het rond Google wel allemaal zo koosjer?
Wij, dat zijn miljoenen internetters op zoek naar alles wat je maar zou moeten kunnen vinden. En als je de verhalen rond de momenteel populaire zoekmachine wilt geloven, dan vinden al deze zoekers ook alles wat ze zochten op de website van Google.com. Wie Google voor het eerst ontdekt is razend enthousiast. En de verhalen rond het bedrijf dat claimt de grootste en snelste zoekmachine ter wereld te zijn, die verhalen lijken wel op sprookjes. Maar Google begint rimpels te vertonen: de snelheid neemt af met de uitbreiding van de capaciteiten, zeggen velen. En verdere uitbreiding staat ook op het spel. Geen enkele boom groeit tot in de hemel. En laat daar nu ook nog enkele juridische problemen de kop opsteken. In Frankrijk heeft Google al enkele processen aan de broek wegens plagiaat en fraude want de zoekmachine kan via eigen links de aandacht van andere sites afleiden in eigen (commercieel) voordeel.


Drie miljard
Wie een woord intikt krijgt altijd wel een antwoord. Op minder dan een kwart seconde tijd, heet het. En op die voor ons stervelingen zo goed als onmeetbare tijd heeft jouw vraag al een reisje gemaakt langsheen een van de vijftienduizend Linux-webservers waar dagelijks zowat tweehonderd miljoen zoekvragen van uit elke plaats van deze aardbol langskomen. En vanuit de Google Doc-servers waar al ruim drie miljard gedigitaliseerde knipsels verzameld liggen en via links naar ontelbare websites probeert Google in een oogopslag antwoorden bij elkaar te zoeken.
Probeert! Zonder iets te willen afdoen aan de verdienste van de “founding fathers” Larry Page (30) en Sergey Brin (29) en zowat achthonderd assistenten-werknemers, Google kan véél vinden… Maar Google kan nooit alles vinden. Er moet al ergens, hetzij in gedrukte of geschreven vorm, al dan niet gedigitaliseerd, een document bestaan of notities zijn geregistreerd vooraleer Google de antwoorden zal kunnen vinden. Maar wat ergens in de chaos van bestaande informaties kan gevonden worden, zal Google wel vinden.
Er wordt vandaag heel wat “gegoogled” bij het bedrijf Google, gevestigd in het Googleplex, het reusachtig en hypermodern complex in hartje Silicon Valley. De meeste andere gebouwen aan de chique Bayscore Parkway staan vandaag leeg, te huur of “for sale”. Daar waren enkele jaartjes geleden de over-de-kop-gegane dot.coms gevestigd. Het gekke is wel dat terwijl de windhoos leegliep, Google juist groeide: van drie medewerkers in 1998, de oprichters Sergey en Larry inbegrepen, naar meer dan achthonderd nu. En zelfs als multimiljardairs blijven beiden actief. Ook al hebben zij zich nu omringd door een schare knappe koppen van zeer diverse opleiding en nationaliteit.


Rollerhockey
Er wordt wel hard gewerkt op het hoofdkwartier van Google. Maar dan tussen twee wedstrijden rollerhockey door. Of na een rondje hardlopen in het nabije natuurgebied. Of een wedstrijd mountainbiken. Wie wil zwemmen kan dat. Of het menu van de dag ophalen bij de kok van het huis. En iedere werknemer mag als hij dat wil een hond meebrengen. Ook voor woefie zijn er voorzieningen in huis.
Opvallend is dat wanneer alle ict-bedrijven de knip dichthouden, aan kostenbesparing doen en personeel laten afvloeien, bij Google het omgekeerde gebeurt. Google blijft medewerkers aantrekken en is ook begonnen met de verdere uitbreiding van de activiteiten buiten de Verenigde Staten. Google opende zopas ook een kantoor in Amsterdam. Google stelt aan kandidaat-werknemers geen speciale eisen dan bekwaamheid. Leeftijd, ervaring, nationaliteit of diploma’s? Onbelangrijk. Motivatie daarentegen wel.
De oprichters leerden elkaar in 1995 kennen aan de prestigieuze universiteit van Stanford. Larry Page had toen al een ingenieursdiploma op zak. Sergey Brin is in Moskou geboren als zoon van een circusartiest die naar Amerika uitweek. Hij heeft reeds een diploma informatica van de universiteit van Maryland wanneer hij in Stanford Larry Page ontmoet. Samen werken ze aan een zoekmachine BackRub, de basis voor het latere Google.
David Filo, de oprichter van Yahoo vindt het project Google wel interessant maar niet interessant genoeg om er geld in te stoppen. Met de hulp van financiers kunnen Page en Brin hun droom wel realiseren. Maar nu rijst wel de vraag om Google de groei wel zal kunnen volhouden? En daar beginnen nu velen aan te twijfelen. Het verhaal van Google is een succesverhaal waarvan je zou kunnen denken dat het werd uitgedacht, of ten minste werd aangedikt, door handige PR-mensen. Vandaar de vraag of Larry Page en Sergey Brin op hun beurt niet voor het uiteenspatten van een zeepbel staan? Kan Google blijven uitbreiden?

Afgunst
Wekt het succes van Google ook afgunst? Er lopen rechtszaken tegen Google omdat ze bijvoorbeeld de volgorde van de gevonden resultaten in hun voordeel zouden kunnen wijzigen. In Frankrijk is er al een minirevolte aan de gang bij webaanbieders die ontevreden zijn omdat hun namen niet vooraan verschijnen en Google duidelijk voorrang geeft aan “adverteerders”.
Bij Google is er ook het probleem van de capaciteit. Google gebruikt een systeem waarbij links van maximaal vier bytes worden opgeslagen. Ook de Goocheldatabases hebben maar een beperkte opslagruimte. Bij elke uitbreiding nadert de grens van de beschikbare opslagruimte. Daar wordt inderdaad wel aan gedokterd. Maar zijn de mogelijkheden wel oneindig?
En staan er geen concurrenten te wachten om de fakkel over te nemen? Searchenginewatch.com ziet alvast enkele zoekmachines die voor de aflossing van de wacht zouden kunnen zorgen. Opvallend is wel dat de vier geciteerde bij het intikken van dezelfde zoekopdracht verschillende resultaten voor de dag komen. Zo kregen we bij Wisenut.com 28 antwoorden. Bij Mama.com 45. Vivisimo.com en Dogpile.com gaven elk 134 resultaten, zij het wel in andere orde gepresenteerd. En Google.com? Daar moesten we een lijst van 262 gevonden resultaten overlopen.

Vorig artikelLexmark Z65p (A4-printer)
Volgend artikelDunne EasyNote

2 REACTIES

  1. Wat een slechte titel voor dit artikel! Het schept een verwachting die niet uit komt; de vraag of google een nieuw woord is in de nederlandse taal en waarom dat wel of niet ok is!

  2. Ik snap bepaald niet wat er mankeert aan Google. Als ze eenmaal hun capaciteiten hebben overschreden, kunnen ze misschien beginnen aan dode links verwijderen (ben je lekker lang mee bezig, hoor), en daarna opnieuw meer toevoegen. Maar hoeft dat? Google heeft toch wel al meer dan genoeg.

Reacties zijn gesloten.