Heilige graal

0
17

jozef
Voor ik deze column begin, wil ik duidelijk stellen dat ik geen Microsoft-hater ben. Ik begrijp veel van wat Microsoft doet; begrijpen is echter niet hetzelfde als goedkeuren of goedvinden. Microsoft verdedigt zijn belangen en is daar erg goed in. Die belangen komen soms overeen met de belangen van zijn gebruikers. Soms. Maar niet altijd. Welke browser gebruik je? Er is meer dan negentig procent kans dat het Internet Explorer is. Microsoft veroverde de werelddominantie in de browsermarkt, hoewel het in den beginne zelfs niet in het publieke internet geloofde. Sommigen beweren dat Microsoft het spel niet eerlijk speelde. De rechter zal dat uiteindelijk uitmaken, hoewel de kans groot is dat er van de hele monopoliezaak tegen Microsoft niets in huis komt. De politieke situatie in de V.S. is er met het aantreden van de regering Bush ook niet meer naar. Het was een briljante zet van Microsoft om de internetbrowser nauw te integreren in zijn besturingssystemen. Juridisch briljant, maar nog méér technologisch briljant. Browser is eigenlijk een oneerbiedige term voor wat Internet Explorer ondertussen werd: een internetgebaseerd besturingssysteem. Iedereen, ook Microsoft’s grootste concurrenten en criticasters, is verplicht om zijn internetsites en -applicaties aan te passen aan de mogelijkheden van Internet Explorer. Microsoft dicteert op die manier de facto een groot deel van de toekomstige IT-standaarden. Het doet dat met zalven en slaan: net genoeg meegaan met de traditioneel “open” standaarden van de internetgemeenschap, maar ze op zulk een manier “verbeteren” dat de lichtjes afwijkende Microsoft-implementatie in de praktijk de échte standaard wordt. Het interessante voor Microsoft is dat het op die manier gebruikers kan binden aan (sommigen noemen het opsluiten in) zijn eigen applicaties en platformen, want die werken nu eenmaal het beste samen met die lichtjes afwijkende versies van Microsoft. Momenteel is er in het wereldje nogal wat te doen over XML en SOAP (Simple Object Access Protocol), twee standaarden die het gemakkelijk moeten maken om applicaties met elkaar te laten spreken onafhankelijk van de platformen waarop ze draaien, met het internet als de “lijm” van dienst. Microsoft’s .NET-initiatief is volledig gebaseerd op deze nieuwe standaarden. Sommigen beschuldigen Microsoft er nu van met subtiele wijzigingen gebruikers te willen opsluiten in een Microsoft-specifieke versie van XML en SOAP. Tijdens XML DevCon 2001 in New York was die kritiek niet van de lucht. Volgens Microsoft is die vrees echter ongegrond. Zoals een vertegenwoordiger van Microsoft het onlangs in de N.Y. Times uitdrukte: ook voor Microsoft is “the holy grail … interoperability”. De kritiek die sommigen in het SOAP-wereldje uiten op Microsoft zou onterecht zijn omdat de problemen vooral te maken hebben met kinderziekten. SOAP is zelfs niet eens een officiële aanbeveling van de W3C. Microsoft gebruikt intern drie verschillende SOAP-versies en heeft al de grootste moeite om die te laten samenwerken. De SOAP-versies van andere bedrijven zijn ook niet compleet. Het is dan ook niet verwonderlijk dat SOAP als toekomstige lingua france tussen applicaties momenteel nog allerlei kinderziekten doormaakt. Bedrijven zoals IBM, Microsoft en Sun beconcurreren elkaar op het vlak van de implementaties van XML en SOAP, en niet – zo zeggen ze zelf – op het vlak van de specificaties. Probleem is dat iedereen zich wil bemoeien met de specificatie: de XML-werkgroep van het W3C telt bijvoorbeeld niet minder dan veertig actieve leden! De vraag is dus of de heilige graal van de interoperabiliteit ooit wordt gevonden of dat ze, zoals de echte heilige graal, ongrijpbaar zal blijven in de mist van de tijd.

Vorig artikelDubbele dosis magie
Volgend artikelAutoriteit
Jozef Schildermans
Jozef Schildermans is journalist en schrijver. Zijn recentste roman is De reis van de hofarts (samen met Ludo Schildermans) onder de auteursnaam L.J. Schildermans gepubliceerd bij Uitgeverij Houtekiet.