Parallelle poorten

Een juiste instelling van de parallelle printerpoort is belangrijk.
Pc’s worden al heel lang standaard met een parallelle poort geleverd. Vroeger werd dat uitsluitend gebruikt om mee te printen, vandaar dat ze ook maar in één richting tegelijk werkte (de standaard unidirectionele parallelle poort). Later werd er steeds vaker gebruik gemaakt van de parallelle poort om aan snelle telecommunicatie mee te doen. Een kleine uitbreiding zorgde voor bidirectioneel verkeer (in zend- en ontvangstrichting tegelijk). Men wou echter nog meer kunnen doen en dat resulteerde in twee grote standaarden: EPP (Enhanced Parallel Port) en ECP (Extended Capabilities Port).

EPP en ECP
Bij de meeste moderne pc’s staat de parallelle poort van de fabriek uit ingesteld op standaard/bidirectioneel ofwel EPP. Je kunt die instelling zelf wijzigen met behulp van de CMOS-configuratie van de systeem-BIOS van je pc. Zowel EPP als ECP dienen om tweeweg of bidirectioneel dataverkeer met acht bits tegelijk mogelijk te maken met toch nog voldoende debiet- en foutenbeheer. EPP doet dat door zonder enige tussenstap rechtstreeks met de aansluitpinnen van de parallelle poort te communiceren (dus aan exact de basismaximumsnelheid), terwijl ECP probeert de snelheid te verhogen door een DMA-kanaal te gebruiken en RLE-compressie te ondersteunen (dus aan een snelheid boven het basismaximum). ECP gebruikt bijgevolg extra systeembronnen. Het is heel wat minder in gebruik dan EPP, vandaar dat je deze laatste tegenwoordig als de standaard mag beschouwen. Dat neemt niet weg dat er wel een paar printers op de markt zijn die absoluut met een ECP willen werken.

Parallelle poort omschakelen naar ECP onder Windows 95
Voordat we je uitleggen hoe je je parallelle poort omschakelt naar het ECP-type onder Windows 95, moeten we je even waarschuwen. Het immers mogelijk dat je bij het drukken naar een ECP-poort onder Windows 95 een foutmelding krijgt dat de poort bezet is en het afdrukken dus foutliep. Deze foutmelding kan al vanaf het begin voorkomen, maar ook tijdens het drukken. Grafieken kunnen eventueel slecht afgedrukt worden of pagina’s kunnen onvolledig uit de printer rollen. Windows 95 heeft nogal wat problemen met ECP-poorten en Microsoft raadt dan ook aan, parallelle poorten ofwel als standaard ofwel als EPP (Enhanced Parallel Port) te configureren. Je vindt meer informatie over dit probleem in de Knowledge Base van Microsoft en wel in artikel Q141919. Je kunt deze database overigens ook op Internet raadplegen (link opent nieuw venster). Dit gezegd zijnde, is het natuurlijk jammer dat er toestellen op de markt zijn die niet werken met een EPP-poort maar absoluut een ECP-poort moeten hebben. Het is evenwel niet de schuld van de hardwarefabrikanten dat Microsoft er niet slaagt om ECP correct te implementeren onder Windows 95. Microsoft had al lang een patch voor het daarnet beschreven probleem moeten uitbrengen. Ze zullen in Redmond met belangrijkere zaken bezig zijn… In Windows 98 werkt een en ander wel goed. Je kunt het momenteel ingestelde poorttype veranderen in ECP door in Windows 95 het volgende te doen. Eerst en vooral moet je de ECP-poort eerst vanuit de BIOS van je pc instellen. Daartoe moet je de CMOS-settings van je BIOS wijzigen. Daarvoor zul je de documentatie die bij je computer zit moeten raadplegen. Meestal moet je tijdens het starten van de pc en onmiddellijk nadat het identificatiescherm van de BIOS verschijnt op een toets drukken (voor Award is dat bijvoorbeeld DEL, voor Phoenix de F2-toets) om de BIOS CMOS-configuratie op te roepen. De instellingen voor de parallelle poort vind je in een deelmenu dat “Integrated Peripherals” of zo heet. Gewoonlijk kun je dan kiezen tussen “standaard”, “EPP” (soms nog tussen verschillende versies hiervan, zoals 1.7 en 1.9) en “ECP” (en hier kun je dan meestal ook nog het DMA-kanaal kiezen, laat dat maar op 3 staan want anders werkt het mogelijk niet). Nu moet je ook Windows 95 nog instellen. Klik rechts op “Deze computer”, dan krijg je het systeemvenster te zien. Je kunt het ook doen door vanuit het configuratiescherm op “Systeem” te dubbelklikken. Kies in het systeemvenster de tab “Apparaatbeheer” en dan de printerpoort. Dubbelklik op de poort of kies eigenschappen. Vervolgens klik je op “stuurprogramma’s” en dan “wijzig stuurprogramma”. Nu klik je op “Alle apparaten weergeven” en dan zie je een lijst met fabrikanten en bovenaan staat “standaard poorttypen”. In het rechterdeel van het venster zie je deze poorttypen staan en een van hen is “ECP-printerpoort”. Die moet je hebben. Klik erop en dan op OK. Het systeem zou je nu moeten vragen naar de Windows 95 CD-ROM. Schuif die in je CD-ROM-drive en dan moet je wel een ander pad opgeven. Als je CD-ROM op driveletter E: staat, geef je het pad E:DRIVERSPRINTERSLPT op. Nu zou het bestand LPT.VXD geladen moeten worden. Het is overigens de bedoeling dat na het installeren van de ECP-printerpoortsturing bij het controleren van de systeembronnen in Apparaatbeheer/Printerpoort een waarde staat aangegeven voor directe geheugentoegang (DMA). Het systeem zou zelf al een vrij DMA-kanaal gekozen moeten hebben. Meestal zal dit DMA-kanaal 3 zijn. Mocht je het nodig vinden dit te wijzigen, klik dan op automatische instellingen en eventueel ga je het lijstje van basisinstellingen onderaan het scherm af totdat de gewenste DMA-waarde getoond wordt. Als het systeem je vraagt of je de gewijzigde instellingen wil bewaren, antwoord je ja en laat dan de pc herstarten.