Online banaliteit en nationale veiligheid

0
34
De geheime diensten van de VS analyseren dus ook online communicatie van eigen burgers en van buitenlanders. Er was weer een klokkenluider voor nodig, maar het is nu officieel toegegeven, ook door president Obama. Hij verklaarde dat het weliswaar om een geheime regeling gaat, maar dat we ons niet ongerust hoeven te maken, dat er een goed evenwicht is gevonden tussen vrijheid en nationale veiligheid. Grote online bedrijven zoals Google, Apple, Facebook, Skype en telecombedrijven laten de overheid meekijken in wat internetgebruikers naar mekaar doorsturen. Niet omdat ze dat willen, zeggen ze, maar omdat ze verplicht worden.

We weten nu zeker dat het gebeurt. In het kader van de war on terror van Obama’s voorganger Bush na de aanslagen van 11 september 2001. Eigenlijk rekenden veel mensen er op dat democraat Obama de vrijheidsbeperkingen van de war on terror zou terugschroeven. Niet dus. Burgers in de VS en daarbuiten worden nu ook online bespied volgens criteria die we nu niet kennen. Het maakt hem erger dan Bush.

Nog niet zo duidelijk is de rol van de internetbedrijven. Google, Apple en een paar andere die wilden reageren, verklaarden dat zij niet gewoonweg hun servers openzetten voor ongelimiteerde inkijk, maar gerichte inkijk toestaan “omdat het moet”.

Yes We Scan

(c) 2013 https://www.adbusters.org/content/yes-we-scan (© ; licentie: )

Dat kan best, maar het gaat hoe dan ook over inkijk op grote schaal. Bij meeluisteren in telefoongesprekken gaat het over één-op-één-gesprekken. Online is dat veel moeilijker. Veiligheidsdiensten scannen dus miljarden e-mails, foto’s, posts op sociale media, video’s, log-ins, opgeslagen bestanden, conferentiegesprekken, enz. Ze zoeken daar naar patronen, naar gedragingen, naar combinaties van woorden en begrippen die relevant zouden kunnen zijn voor hun context van opsporing van terreur. Dat is niet meeluisteren, dat is wiskunde en statistiek.

Wie ooit de film Three Days of the Condor (1975) gezien heeft, begrijpt dit: een jonge Robert Redford legt uit wat hij als beambte van de veiligheidsdienst moet doen: “Wij lezen,” zegt hij, “Wij lezen alles wat verschijnt en wij zoeken patronen.”

Een van de bedrijven vermeldde in zijn reactie dat als het bedrijf die medewerking niet verleent, het kan vervolgd worden voor medewerking aan terreur als er bijvoorbeeld een aanslag via hun netwerk. Dat is afdreigen, en van een soort die hier bij ons en ongetwijfeld ook in de VS een heleboel wetten opzijzet.

Telecombedrijven mogen zich niet bezig houden met de inhoud van telefoongesprekken. Internetbedrijven mogen zich niet bezig houden met de inhoud van e-mails en andere communicatie. En daar wringt het meer en meer, aan beide kanten van de grote plas.

In Europa hebben we goed wetten maken over privacy die strenger zijn dan die in de VS, de gegevens die we bij Google, Apple, Facebook en andere achterlaten, beschouwen zij als Amerikaans, en dus vinden ze dat die Europese wetten niet hoeven te respecteren.

Dat doen ze vaak al niet om commerciële redenen. Waarom zouden ze dan onze wetten respecteren als het over VS-nationale veiligheid gaat.

Als je niets te verbergen hebt, hoef je je geen zorgen te maken, zei Google-ceo Schmidt een paar jaar geleden over privacy. Dat is nog niet zo zeker. Overheden veranderen hun al dan niet geheime wetten en regels, bedrijven wijzigen hun commerciële politiek of veranderen van eigenaar, en in nieuwe situaties kunnen onze onschuldige gegevens misschien ineens andere doelen dienen.

Onze groeiende hoeveelheden bits en bytes zijn allang geen banale gegevens meer. De nieuwste analysetechnieken worden uitgetest op deze wereld van het banale, op deze big data, en commerciële, politieke, nationale en andere belangen krijgen nieuw voedsel, nieuwe input voor weer nieuwe strategieën.

Het internet is geen instrument dat de wereld ineens democratischer gaat maken. Het is ook lang niet meer zo transparant en open als de twee ontwerpers ervan goed twintig jaar geleden aan het CERN in Genève het bedoelden: alle computertypes en alle bestandstypes met mekaar verbinden zodat mensen beter kunnen communiceren. Het internet is een ongelooflijk interessante plek om te vertoeven. Maar laten we ons er goed bewust van zijn dat er volk op zit, waar dan ook, dat ons interessant vindt. Wat nu bekend geraakt is, illustreert sterker dan ooit dat we nooit meer zeker kunnen zijn van wat er online met ons leven kan gebeuren.

Meer voorbeelden over hoe openheid en netneutraliteit kunnen worden geschonden in deze oproep van enkele Belgische internetpioniers.

Over Toon Lowette
De internetgebruiker is niet koning, hij is dictator. Online diensten zijn succesvol als ze zich ondubbelzinnig richten op de taak waarmee de bezoeker naar een site gaat. Sinds 1982 is Toon Lowette ondubbelzinnig bezig met nuttigheid en taakgerichtheid in online diensten, als consultant en als uitgever.

Volg de commentaren van Toon Lowette
Volg Toon Lowette op Twitter

Vorig artikelBestanden back-uppen naar beveiligde kluis
Volgend artikelNieuwe zakelijke laptops in Toshiba’s Satellite Pro serie

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf je reactie!
Vul hier je naam in

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.